Samenvatting: Het onderstaande artikel legt uit waarom de stichting Europese Apologetiek een wetenschappelijke methode hanteert. Door een vergelijking te maken met de hedendaagse inzichten vanuit de wetenschapsfilosofie, blijkt dat de stichting Europese Apologetiek gerechtvaardigd is haar werkwijze wetenschappelijk te noemen.
Moeilijkheid :
Navigatietips:
Algemene disclaimer: zie onderaan
Copyright © 2000, Jacques van der Meer, Tilburg
Inhoud
De Stichting Europese Apologetiek stelt in haar beginselverklaring dat ze de christelijke wereldbeschouwing op redelijke gronden wil verdedigen. Zij maakt daarbij gebruik van elk mogelijk middel op dat gebied om de waarheid van het christendom aan te tonen in de hedendaagse cultuur. De stichting heeft een ideologische opzet: ze werkt vanuit een bepaald fundament waar ze van overtuigd is dat deze de waarheid vertegenwoordigd.
De stichting beroept zich mede op het feit dat haar werkwijze, een wetenschappelijke werkwijze is. Dit kan bij mensen tot een groot aantal vragen leiden. Daarom wordt in dit artikel uitgelegd wat bedoeld wordt met een wetenschappelijke benadering en op welke wijze de stichting Europese Apologetiek aan het criterium van wetenschappelijkheid voldoet. Let wel: de stichting pretendeert niet een wetenschappelijk instituut te zijn, maar ze behandelt wel degelijk vraagstukken met geëigende wetenschappelijke methoden.
Bij veel mensen leeft het idee dat wetenschappers mensen zijn, die vanuit een objectieve, zonder vooroordelen levende positie, hun visie op de werkelijkheid presenteren. De wetenschapper bekijkt de zaak van verschillende kanten en poneert zijn resultaten die als onbetwijfelbaar en waar moeten worden geaccepteerd.
Toch is dit niet zonder meer waar. Wetenschap wordt niet eenvoudig geleid en beoefend door onbevooroordeelde mensen die hun universeel geldende visie op de werkelijkheid presenteren. Er valt nogal wat af te dingen op de opvatting dat wetenschappers objectieve (dat wil zeggen: onbetrokken) mensen zijn.
Er bestaat namelijk een moeilijkheid met deze claim van objectiviteit, omdat alle wetenschappelijke activiteit geleid wordt door vooronderstellingen die zelf meestal geen onderdeel of resultaat zijn van de wetenschappelijke methode die zij hanteert.
Wetenschap wordt geleid door paradigma’s of programma’s. Een paradigma is een overkoepelend beeld of raamwerk waarbinnen wetenschappelijk onderzoek plaatsvindt. Het paradigma is zeer invloedrijk binnen het werk van de wetenschapper. Het paradigma zal een sturende rol spelen bij zijn beslissing om bepaalde aspecten van de werkelijkheid te gaan onderzoeken, om meer de nadruk te leggen op bepaalde elementen dan andere. Het paradigma zal van grote invloed zijn op de interpretatie van de gegevens die het onderzoek van de wetenschapper opleveren. Daaruit volgend zal het paradigma van invloed zijn op de mogelijke relaties die er bestaan tussen onderzoeksresultaten en de verdere experimenten of onderzoeksgebieden die het gaat exploreren.
Het wetenschappelijk paradigma is een werkgebied van wetenschappers, die elkaar verstaan omdat ze dezelfde uitgangspunten delen. Het bestaat uit wetenschappers die elkaars resultaten en werkwijze begrijpen omdat ze referen naar dezelfde kaders waarbinnen hun wetenschappelijk onderzoek plaatsvind.
De geschiedenis van de wetenschap toont aan dat er van tijd tot tijd een paradigma wisseling plaatsvind. Dit wordt een wetenschappelijke revolutie genoemd. Zoals eerder vermeld werd, zijn de vooronderstellingen van de wetenschap vaak geen onderdeel of resultaat van haar eigen werkwijze, maar zullen deze leidend en sturend zijn in het wetenschappelijk onderzoek. Het doel van een wetenschappelijk project is dan ook gericht om die kaders sterker te maken door het onderzoek uit te breiden en steeds meer gegevens ten gunste te leveren voor dit paradigma.
Het probleem bij dit gehele project is dat de wetenschappers nooit met volstrekte zekerheid kunnen aantonen dat het paradigma ook daadwerkelijk de wereld representeert. Het paradigma biedt ruimte tot een grote en nuttige activiteit op het gebied van wetenschappelijk onderzoek, maar of ze ook tot waarheid zal leiden, kan ze nooit met zekerheid garanderen.
Er is binnen de wetenschapsfilosofie veel nagedacht over wat wetenschap nu precies inhoudt. De naïeve voorstelling dat wetenschappers objectief en universeel de wereld in haar ware gedaante representeren, wordt sedert de jaren dertig van de twintigste eeuw met steeds grotere twijfel benaderd. Er zijn sinds die tijd verschillende beschrijvingen gegeven hoe een wetenschappelijk project verloopt. Verschillende wetenschapsfilosofen hebben vanuit de geschiedenis geprobeerd aan te geven hoe wetenschappelijke paradigma’s verlopen, en hoe deze na verloop van tijd eventueel vervangen of verbeterd worden. Er heerst daarbij een consensus over wat als een wetenschappelijke methode mag bestaan..
De onderzoeksprogramma's van Lakatos
De theorie van onderzoeksprogramma’s van Imre Lakatos is een zeer
behulpzaam verklaringsmodel over hoe wetenschappelijke programma’s (paradigma’s)
functioneren.
Wetenschappelijke programma’s bestaan uit een aantal onderdelen die de
integrale samenhang en dynamiek van een wetenschappelijk programma kenmerken.
In de eerste plaats wordt een wetenschappelijk model bepaald door een harde kern. In deze kern zitten fundamentele aannames die cruciaal zijn voor het onderzoek. Deze harde kern is het bepalende kenmerk van een programma. Door de wetenschappers van het programma wordt deze harde kern door een methodische beslissing onaantastbaar gemaakt. Met andere woorden: op geen enkele manier mag deze harde kern weerlegd of verworpen worden. Wie aan de harde kern gaat sleutelen, plaatst zich buiten de conventies die wetenschappers met elkaar bepaald hebben.
Om deze harde kern te beschermen tegen aanvallen die haar fundamentele aannames bedreigen, wordt om de harde kern een net van beschermgordels gebouwd, waar men alle aanvallen op afwend. De beschermgordels vangen de klappen op die op de harde kern gericht zijn.
Als defensief wapen is er sprake van een negatieve beschermgordel of negatieve heuristiek. Deze negatieve beschermgordel heeft als doel alle aanvallen op de harde kern te pareren of onschadelijk te maken. Zij bevat tal van middelen waarmee de aanval op de harde kern afgewend wordt. Vaak bestaat haar taak uit het terzijde nemen van de kritiek om deze te gaan weerleggen of om deze onschadelijk te maken.
Aan de andere kant is er sprake van een positieve beschermgordel of positieve heuristiek. Deze positieve heuristiek is erop gericht om de aannames die in de harde kern bepaald zijn op positieve wijze uit te bouwen. De positieve heuristiek gaat op zoek naar bewijzen en verbeterde argumenten voor de fundamentele aannames van de harde kern. Zodoende bouwt het wetenchappelijk onderzoeksprogramma zich uit, door aan de ene kant steeds meer kritiek op haar harde kern onschadelijk te maken, en anderzijds de geldigheid van deze aannames steeds beter te bewijzen.
In de wetenschap wordt verondersteld dat er verschillende onderzoekprogramma’s naast elkaar kunnen bestaan. Het beste onderzoeksprogramma zal het programma zijn dat de meeste progressie boekt. Dit betekent dat een onderzoeksprogramma bij tijd en wijle een vooruitgang moet boeken in haar onderzoek. Dit resulteert in het feit dat de beoordeling van een programma mede afhangt van de vooruitgang of achteruitgang dat een onderzoeksprogramma toont.
Aanvullend commentaar op het programma van Lakatos: de waarheidsvraag
De uiteenzetting van Lakatos biedt een heldere en overzichtelijke uiteenzetting over de aard en status van de wetenschappelijke methode. De kracht en coherentie van de argumentatie binnen een bepaald onderzoeksprogramma, zal in combinatie met de eis van progressie (vooruitgang) beslissend zijn voor de waarheid van een bepaald programma.
Toch zijn deze voorwaarden niet voldoende om de waarheidsvraag van een onderzoeksprogramma positief te beantwoorden. Immers, interne samenhang en consistentie van een programma bieden ons niet voldoende grond voor waarheid. Ook de eis van progressie kan niet gezien worden als een afdoende criterium. Een wetenschappelijk programma kan stilstaan om tal van redenen die geen betrekking hebben op haar waarheidswaarde. Ze kan afhankelijk zijn van onvoldoende interesse van onderzoekers of van gebrek aan financieën om bepaalde gebieden met kostbare instrumenten te gaan onderzoeken. Daarom zal er en wijsgerige bepaling ten grondslag moeten liggen om de vraag te kunnen beantwoorden wanneer iets als waarheid beschouwd kan worden.
Een sterk criterium om de waarheidsvraag te beantwoorden is het gematigde
funderingsdenken. Op grond van enkele zekere en evidente overtuigingen die
funderend zijn voor de kennisstructuur kan het gebouw van kennis en de
rechtvaardiging hiervan opgetrokken worden.
Het
onderzoeksprogramma van de Stichting Europese Apologetiek
De theorie van onderzoeksprogramma’s van Lakatos biedt een duidelijke en eenvoudige verklaring van hoe wetenschappelijk onderzoek plaatsvindt. De stichting Europese Apologetiek kan van deze theorie gebruik maken om haar programma te verduidelijken.
Ook de werkwijze van de Stichting Europese Apologetiek wordt geleid door een harde kern. Deze harde kern stuurt en motiveert het programma van de stichting. De inhoud van die harde kern is de geloofspositie van de vroege kerk zoals deze verwoord is in de geloofsbelijdenis van Niceau (325 naChr) en de Apostolische geloofsbelijdenis.
Elke filosofische en theologische aanval op deze harde kern moet gepareerd worden. Dit gebeurt door de aanval terzijde te nemen en deze te weerleggen. Zo is de Godheid van Christus een fundamentele aanname binnen de harde kern, die voor de vitaliteit van het programma niet weerlegd mag worden. Daarom zal bij een aanval op deze aanname, de kritiek terzijde genomen en weerlegd worden.
Aan de andere kant zal de stichting met behulp van de positieve heuristiek, de fundamentele aannames verder uitbouwen en redelijkerwijs de waarheid hiervan aantonen.
Zoals eerder vermeld werd, wordt wetenschappelijk onderzoek gestuurd door de fundamentele aannames binnen het programma. Dit betekent dat de keuzes voor onderzoek niet uit het niets komen, maar geleid worden door de cruciale overtuigingen binnen het programma.
Het is de taak van de stichting om op zoveel mogelijk gebieden haar werkwijze uit te bouwen. Dit resulteert in het feit dat zij steeds op zoek moet gaan naar de samenhang tussen verschillende gebieden van de werkelijkheid. Op deze manier streeft zij naar een coherente visie waarin alle gebieden tot hun recht komen.
Dit houdt niet in dat zij noodzakelijkerwijs een universeel programma nastreeft. Haar werkwijze en haar gerichtheid zal mede bepaald worden door de tijdgeest en het aanbod van vraagstellingen en kritiek.
Met de vergelijking van de wetenschappelijke programma’s zoals deze o.a door de wetenschapsfilosoof Lakatos beschreven zijn, kan duidelijk worden waarom de stichting Europese Apologetiek eveneens een wetenschappelijke methode hanteert in het uitbouwen en verdedigen van de cruciale opvattingen binnen het christendom. Een wetenschapper is altijd betrokken bij een bepaald programma of paradigma, die van grote invloed is op zijn denken en werkwijze. Zo ook de medewerker van de stichting Europese Apologetiek.
De relatie tussen geloof en programma
De theorie van onderzoeksprogramma’s dient de stichting Europese Apologetiek op twee manieren. Aan de ene kant laat zij tegen de naieve voorstellingen van de wetenschappelijke methode zien, dat haar werkwijze gerechtvaardigd is. Aan de andere kant biedt zij de medewerker van de stichting een rationeel model om de onderneming van de stichting begrijpelijk te maken.
De stichting Europese Apologetiek ziet de beschrijving van Lakatos als een nuttig model om haar werkwijze te schetsen. De medewerker van de stichting Europese Apologetiek zal vaak ook een betrokken christen zijn. Hier moet duidelijk bij vermeld worden dat de christelijke wereldbeschouwing niet identiek is met een wetenschappelijk onderzoeksprogramma. Het christelijk geloof is meer dan een onderzoeksprogramma. Beter is het te zeggen, dat het christelijk geloof motiveert om een programma op te zetten die redelijkerwijs de waarheid van de christelijke wereldbeschouwing aantoont. Het gaat er dan om dat het geloof meer is dan het blind accepteren van bepaalde geopenbaarde waarheden van God. Er valt ook redelijkerwijs heel wat te vertellen over deze Openbaring. Op zijn minst zou de werkwijze van de stichting eruit bestaan: aantonen dat het uiterst redelijk is om te accepteren dat er zoiets als een geopenbaarde waarheid is, tegen critici die deze mogelijkheid afsluiten.
Enkele voorbeelden van het onderzoeksprogramma
Tot slot zal met enkele voorbeelden geillustreerd worden hoe het onderzoeksprogramma van de stichting Europese Apologetiek werkt.
Eén van de fundamentele aannames binnen de harde kern is dat God bestaat en deze is, zoals geopenbaard wordt door de Bijbel. Deze aanname wordt via de positieve heuristiek redelijkerwijs uitgebouwd. Door middel van de wetenschappelijke ontdekkingen en wijsgerige argumenten is het uiterst plausibel om het bestaan van een Schepper te accepteren. Het doel van de stichting is dan ook uit te leggen waarom dit zo is.
Aan de andere kant dient de negatieve heuristiek om de kritiek van atheïsten op het bestaan van God onschadelijk te maken en elke mogelijke kritiek tegen deze aanname te weerleggen of te ontzenuwen.
Een andere fundamentele aanname binnen het onderzoeksprogramma van de
stichting, is de goddelijkheid van Christus. Ook deze aanname wordt uitgebouwd
door te wijzen op de positieve argumenten die bestaan voor deze aanname. Aan de
andere kant wordt in de negatieve heuristiek de aanval op deze aanname terzijde
genomen, geanalyseerd en weerlegd.
Zodoende zijn er tal van aannames binnen de harde kern waar aan gewerkt wordt.
Wat is het beoogde effect en doel van deze onderneming?
Het doel van de werkwijze is om de geïnteresseerde mensen de kans te bieden zelf te overwegen of de gehanteerde argumenten overtuigend zijn of niet. We proberen door middel van onze werkwijze te laten zien dat de harde kern uiterst betrouwbaar is en redelijkerwijs aangenomen moet worden. De keuze ligt vervolgens bij de lezer of dit overtuigend gebeurd en daarbij voor zichzelf te bepalen waarom dit wel of niet het geval is.
Onze werkwijze dwingt de lezer duidelijkheid te geven over zijn of haar eigen positie. Zodoende onstaat er een open dialoog tussen de stichting en de mensen die daar buiten staan.
Chalmers, A. Wat heet wetenschap: over de aard en status van wetenschap en haar methode. Meppel: Boom, 1976.
Copyright © 2000, Jacques van der Meer, Tilburg
Aantal bezoekers sinds 29 mei 2000:
Pagina Layout: Copyright ©
1998-2000 Stichting Europese Apologetiek
Pagina gemaakt op: 29 mei 2000
Pagina bijgewerkt op:
Algemene disclaimer:
Het is de bedoeling van de stichting Europese Apologetiek
(verder aangeduid met: "de stichting") om
wetenschap en onderzoek te bevorderen. Het is geenszins de bedoeling van de stichting of van de
evtl. auteurs van artikelen om mensen te kwetsen of hen een slechte naam te
geven, maar integendeel te helpen qua rationele inzichten en te waarschuwen voor mogelijke gevaren, zoals sekten en andere dubieuze bewegingen. De inhoud van de artikelen, recensies, enz.
vertegenwoordigt de mening van de auteurs en niet per se van de stichting.
M.b.t. het toeschrijven van sommige (bijv. sektarische, onethische,
irrationele, bijgelovige, occulte, enz.) eigenschappen aan bepaalde groepen,
stromingen of individuen op webpages van deze site: het gaat hier alleen om meningen en niet om
stellingen van juridische kracht; er wordt alleen aangegeven dat er mogelijkheid is voor het toewijzen van die eigenschap(pen) aan de genoemde groepen. Dit geldt ook voor de keuze van links naar andere sites, of links naar offsite artikelen.
Hiermee bent u, bezoeker van deze site, erop attent gemaakt dat
de pagina's en de links op deze site, u kunnen confronteren met kritische meningen.
Het is geheel uw eigen verantwoording als u ervoor kiest om verder te gaan kijken en
de
stichting stelt zich hiervoor niet aansprakelijk.